SMID JAN DE JONG
Jan de Jong heeft een smederij en een winkel met kachels en huishoudelijke artikelen aan de Dracht 73-75. Hij staat in Heerenveen bekend als ‘Smid De Jong’. Daarnaast is hij leraar aan de ambachtsschool in Heerenveen.
Familie Tof
In de Tweede Wereldoorlog is Smid Jan de Jong hoofdcontactpersoon van de L.O., de Landelijke Organisatie voor Hulp aan Onderduikers. Vaak brengt hij onderduikers persoonlijk naar hun schuiladres. Zo speelt hij ook een centrale rol in de hulp aan het Joodse ondernemersechtpaar Tof-Wolf aan de Lindegracht en hun zoontje Moritz.
Als Bram Tof in augustus 1942 te horen krijgt dat hij naar Westerbork moet, spreekt Smid De Jong hem op straat aan. Hij heeft een onderduikadres geregeld, en ook voor zoontje Moritz. Dankzij De Jong kunnen Bram en Johanna Tof op een adres in Katlijk terecht. De kleine Moritz komt in Burgum terecht. De avond voordat Tof zich moet melden op Crackstate laat De Jong hem naar de Kruiskerk komen. Vandaaruit gaan ze op twee fietsen in het donker naar de Meibos in Katlijk. De Jong moet daarna met twee fietsen terug naar Heerenveen, maar alles gaat goed.
Kruiskerk
In mei 1944 zorgt Smid De Jong er mede voor dat de bemanningsleden van de bij Nijlamer neergestorte B17 ‘Sarah Jane’ in veiligheid worden gebracht. De piloten worden ondergebracht in de Kruiskerk bij de Burgemeester Falkenaweg, onder de preekstoel. Koster Bertus Koopman, in het verzet ‘Lange’ of ‘Grote’ Bertus genoemd (in het Heerenveens verzet zitten nóg twee Bertussen: ‘Kleine’ Bertus Kuiper en ‘Middel’ Bertus Lugtmeijer) zorgt voor hen. Hij is voor de duvel niet bang, wordt over hem gezegd. Koopman houdt er zelfs een compleet onderduik-spreekuur op na.
Later brengt Smid De Jong de piloten tijdelijk naar een adres even verderop aan de Burgemeester Falkenaweg, notabene vlakbij Huize Honk (nu ‘Villa De Buitenkans’), waar het Duitse Einsatzkommando is gehuisvest. In de kerk is het namelijk te druk geworden. De kapper, de slager, de tandarts en de dokter worden gewoon door Grote Bertus besteld om langs te komen voor de onderduikers. In de christelijke kerk zit ook een Joodse jongen onder de preekstoel verstopt, die een clandestien geslacht varken van de slager van de overkant op schoot krijgt, omdat de Duitsers ook dat varken niet mogen niet ontdekken.
Zélf onderduiken
In het najaar van 1944 is De Jong vanuit Heerenveen op weg naar een bespreking over de overval op de Blokhuispoort in Leeuwarden. Hij wordt in Akkrum door verzetsmensen van de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten uit de trein gehaald. De Sicherheitsdienst is getipt en staat hem op te wachten op het station in Grou. De Jong moet dan tijdelijk onderduiken in Soarremoarre bij Aldeboarn.
Meteen na de bevrijding wordt Jan de Jong in Heerenveen gemeentecommandant voor de BBS, de Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten. Hij vraagt Ekke de Haan waarnemend burgemeester te worden.
Smid Jan de Jong kreeg na de oorlog meerdere onderscheidingen, waaronder de Oorkonde Military Intelligence Service United States Army van generaal Dwight D. Eisenhower en een Oorkonde en Herinneringsinsigne Nederlandse Binnenlandse Strijdkrachten 1944-1945 van Prins Bernhard.
Smid Jan de Jong heeft postuum de Yad Vashem oorkonde ontvangen op 14 mei 1985 in de synagoge te Groningen.Voor hém, en anderen die hun leven waagden in de Tweede Wereldoorlog, is op 15 april 2023 de ‘Boom der Onverzettelijken’ geplaatst in het parkje achter Minckelersstate.



Foto’s Bron: Stichting Historie Heerenveen